De onderzoekers speculeren dat de amygdala in verband wordt gebracht met ADHD door de rol die deze speelt bij het controleren van emoties, en de nucleus accumbens door de rol die deze speelt bij het verwerken van beloningen. Het verband tussen ADHD en de hippocampus zou misschien kunnen voortkomen uit de betrokkenheid van die regio bij motivatie en emotie, suggereren ze.
De verschillen in hersenomvang waren vooral prominent bij de kinderen en minder duidelijk bij de volwassenen met ADHD, merken de auteurs op, die suggereren dat hun bevindingen aantonen dat ADHD een hersenaandoening is die wordt gekenmerkt door vertraagde ontwikkeling in verschillende hersengebieden.
Ondanks de grote aantallen deelnemers van alle leeftijden, was de studie niet ontworpen om te onderzoeken hoe ADHD zich gedurende het leven van een persoon zou kunnen ontwikkelen. Het team zegt dat er nu behoefte is aan longitudinale studies die kinderen met ADHD tot in de volwassenheid volgen en de veranderingen in de hersenen in de loop van de tijd volgen.
“De resultaten van onze studie bevestigen dat mensen met ADHD verschillen in hun hersenstructuur hebben en suggereren daarom dat ADHD een stoornis van de hersenen is. We hopen dat dit zal bijdragen aan het verminderen van het stigma dat ADHD ‘slechts een etiket’ is voor moeilijke kinderen of veroorzaakt wordt door slecht ouderschap. Dit is absoluut niet het geval, en we hopen dat dit werk zal bijdragen aan een beter begrip van de stoornis.”
Dr. Martine Hoogman
Dr. Jonathan Posner, universitair hoofddocent psychiatrie aan de Columbia University in New York, was niet betrokken bij de studie. In een gelinkt commentaarartikel wijst hij erop dat de unieke grote omvang van de studie betekent dat het “goed aangedreven is om kleine effectgroottes te detecteren,” wat belangrijk is bij het onderzoeken van ADHD vanwege de gevarieerde biologische en klinische aard.
Hij merkt op dat de studie een belangrijke bijdrage levert door “robuust bewijs te leveren ter ondersteuning van de notie van ADHD als een hersenaandoening met substantiële effecten op de volumes van subcorticale kernen.” Hij roept ook op tot verdere studies om hersenverschillen in de ontwikkeling van ADHD te traceren, en suggereert dat er ook een onderzoek moet komen naar eventuele medicatie-effecten.
Lees hoe ADHD overgediagnosticeerd kan worden bij jongere kinderen.