Al Oerter, voluit Alfred Oerter, Jr., (geboren 19 sept. 1936, Astoria, Queens, N.Y., U.S.-gestorven 1 okt. 2007, Fort Myers, Fla.), Amerikaans discuswerper, die vier opeenvolgende Olympische gouden medailles won (1956, 1960, 1964, en 1968), waarbij hij telkens een Olympisch record vestigde. Tijdens zijn carrière vestigde hij vier keer nieuwe wereldrecords (1962-64). Hij was de eerste die de discus meer dan 200 voet wierp met zijn eerste wereldrecord van 61,10 meter (200 voet 5 inches). Zijn beste worp om een wereldrecord te vestigen was 62,94 meter (206 feet 6 inches) in 1964; zijn beste Olympische worp was 64,78 meter (212 feet 6 inches) in 1968.
Nadat hij in zijn tienerjaren was begonnen met gewichtheffen om zijn slanke postuur op te vullen, was Oerter een voetballer en sprinter op de middelbare school. Hij ontdekte zijn discusvaardigheid toen hij de discus opraapte en deze verder wierp dan iemand anders van het atletiekteam kon. Hij ging naar de Universiteit van Kansas op een baanbeurs (1954-58) en won zes nationale Amateur Athletic Union titels.
Hoewel zijn oorspronkelijke doel het winnen van vijf gouden medailles was, trok Oerter zich na de Spelen van 1968 met vier terug uit de Olympische competitie vanwege de opofferingen en de druk die het zijn van een Olympisch kampioen met zich meebrengt. Hij hervatte de training echter in 1976. Hoewel hij er net niet in slaagde zich te kwalificeren voor het Amerikaanse Olympische team in 1980, dat uiteindelijk niet meedeed (er was een Amerikaanse boycot), wierp hij dat jaar de langste worp uit zijn carrière en de langste ter wereld, 69,46 meter (227 feet 11 inches). Hoewel hij tot zijn veertigste op wereldniveau actief bleef, kwam hij in 1984 en 1988 opnieuw te kort voor het Amerikaanse Olympische team. Hij was wereldrecordhouder bij de Masters baan- en veldwedstrijden in de jaren 80. Oerter behoorde tot de eerste lichting die in 1983 in de Amerikaanse Olympische Hall of Fame werd opgenomen.