Amyntas (zoon van Antiochus)

Voor andere personen met dezelfde naam, zie Amyntas

Amyntas (Grieks: Ἀμύντας), zoon van Antiochus, was een Macedonische veldheer, voortvluchtige en verrader. Als officier van Filips II werden hij en Amyntas (zoon van Perdiccas) vóór 338 v. Chr. door de Oropiërs in Boeotië met proxen beloond. Na de dood van Philippus II vluchtte Amyntas uit Macedonië. Arrianus (p. 17, f.) schrijft zijn vlucht uit Macedonië toe aan zijn haat en vrees voor Alexander de Grote; de grond van deze gevoelens wordt niet vermeld, maar Mitford (ch. 44. sect. 1) brengt hem in verband met het complot van Pausanias van Orestis en de moord op Filippus. Hij zocht zijn toevlucht in Efeze onder Perzische bescherming; maar na de slag bij de Granicus, uit vrees voor de nadering van Alexander, ontsnapte hij met de Griekse huurlingen die de plaats belegerden, en vluchtte naar het hof van Darius. In de winter van hetzelfde jaar, 333 v. Chr., terwijl Alexander in Phaselis in Lycië was, werd een complot tegen zijn leven ontdekt, waarbij Amyntas betrokken was. Hij schijnt te hebben gefungeerd als het kanaal waardoor Darius met Alexander van Lyncestis had onderhandeld, en had beloofd hem te helpen bij het bestijgen van de Macedonische troon op voorwaarde dat Alexander zou worden vermoord. Het plan kwam aan het licht door de bekentenis van Asisines, een Perziër, die Darius op een geheime missie naar de Lyncestiër had gezonden, en die door Parmenion in Phrygië was aangehouden.

Tijdens de slag bij Issus horen we opnieuw van Amyntas als aanvoerder van Griekse huurlingen in Perzische dienst en Plutarchus en Arrianus vermelden zijn advies, kort tevoren tevergeefs gegeven aan Darius, om Alexander’s nadering af te wachten in de grote open vlakten ten westen van Cilicië.

Na de nederlaag van de Perzen in de slag bij Issus vluchtte Amyntas met een grote groep Grieken naar Tripolis (streek van Phoenicië) . Daar maakte hij zich meester van enkele schepen, waarmee hij naar Cyprus voer, en vandaar naar Egypte, waarvan hij zich de soevereiniteit wilde toe-eigenen – een dubbele verrader. De poorten van Pelusium werden voor hem geopend toen hij beweerde dat hij op gezag van Darius kwam. Van daaruit trok hij verder naar Memphis en versloeg, samen met een groot aantal Egyptenaren, in een veldslag het Perzische garnizoen onder Mazaces. Maar deze overwinning maakte zijn troepen overmoedig en onvoorzichtig, en terwijl zij werden verspreid om te plunderen, viel Mazaces hen aan, en Amyntas zelf werd gedood met het grootste deel van zijn mannen.

Plaats een reactie