Angry Young Men, verschillende Britse romanschrijvers en toneelschrijvers die in de jaren 1950 opkwamen en hun minachting en onvrede uitten over de gevestigde sociopolitieke orde van hun land. Hun ongeduld en wrok werden vooral gewekt door wat zij zagen als de hypocrisie en middelmatigheid van de hogere en middenklasse.
De Angry Young Men waren een nieuw ras van intellectuelen die meestal van arbeidersklasse of van lagere middenklasse afkomstig waren. Sommigen waren op kosten van de staat opgeleid aan de naoorlogse rode-stenen universiteiten, hoewel een paar uit Oxford kwamen. Zij deelden een uitgesproken oneerbiedigheid jegens het Britse klassensysteem, het traditionele netwerk van families met een hoge status en de elitaire universiteiten van Oxford en Cambridge. Ze toonden een even ongeremde minachting voor de grauwheid van de naoorlogse welvaartsstaat, en in hun geschriften kwamen vaak rauwe woede en frustratie tot uiting toen de naoorlogse hervormingen er niet in slaagden tegemoet te komen aan verheven aspiraties naar echte verandering.
De tendens die zich aftekende in de roman Hurry on Down (1953) van John Wain en in Lucky Jim (1954) van Kingsley Amis werd in 1956 uitgekristalliseerd in het toneelstuk Look Back in Anger, dat het representatieve werk van de beweging werd. Toen de persagent van het Royal Court Theatre de 26-jarige auteur van het stuk, John Osborne, omschreef als een “angry young man”, werd de naam uitgebreid tot al zijn tijdgenoten die hun woede uitten over de hardnekkigheid van klasse-onderscheid, trots waren op hun lagere-klasse maniertjes, en een afkeer hadden van alles wat highbrow of “nep” was. Toen Sir Laurence Olivier de hoofdrol speelde in Osborne’s tweede toneelstuk, The Entertainer (1957), werden de Angry Young Men erkend als de dominante literaire kracht van het decennium.
In hun romans en toneelstukken komen meestal mannelijke hoofdpersonen voor uit de lagere middenklasse of arbeidersklasse, die de maatschappij met minachting en sardonische humor bekijken en conflicten met de autoriteiten kunnen hebben, maar desondanks bezig zijn met de zoektocht naar opwaartse mobiliteit.
Onder de andere schrijvers die onder deze term vallen zijn de romanschrijvers John Braine (Room at the Top, 1957) en Alan Sillitoe (Saturday Night and Sunday Morning, 1958) en de toneelschrijvers Bernard Kops (The Hamlet of Stepney Green, 1956) en Arnold Wesker (Chicken Soup with Barley, 1958). Net als die van de Beat-beweging in de Verenigde Staten was de impuls van de Angry Young Men begin jaren zestig uitgeput.