Ayacucho, stad, zuid-centraal Peru. Het ligt in een vruchtbare vallei op de oostelijke hellingen van de Andes Cordillera Occidental op een hoogte van 2.746 meter boven de zeespiegel en heeft een aangenaam en verkwikkend klimaat. Ayacucho werd in 1539 gesticht door de conquistador Francisco Pizarro en heette tot 1825 Huamanga. De huidige naam komt van de omliggende vlakte van Ayacucho (een Quechua woord dat “hoek van de doden” betekent), waar revolutionairen in 1824 de koningsgezinde troepen versloegen en de onafhankelijkheid van Peru van Spanje veiligstelden. Veel koloniale gebouwen in de stad zijn bewaard gebleven. Het is de zetel van een aartsbisdom, heeft een 17e-eeuwse kathedraal en vele kerken en is bekend om zijn Heilige Week vieringen. De Nationale Universiteit van San Cristóbal de Huamanga (opgericht in 1677, gesloten in 1886, heropend in 1959) is er gevestigd. De economie van de stad is gebaseerd op landbouw en lichte industrie, waaronder textiel, aardewerk, lederwaren en filigreinwerk. Ayacucho is bereikbaar via de snelweg vanuit Lima, Huancayo en Cuzco, maar ook via de lucht. Ayacucho is het toneel geweest van terreurdaden en campagnes van de revolutionaire organisatie Lichtend Pad. Abimael Guzmán Reynoso, een professor filosofie aan de Nationale Universiteit van San Cristóbal de Huamanga in Ayacucho, stichtte de beweging in 1970 als een zijtak van de Communistische Partij van Peru. Aantal inwoners. (2005) 95,180.