Snelheid
De cheetah is vooral bekend om zijn reputatie als het snelste landdier over korte afstanden – tot 70 mph. Het lichaam van de cheetah lijkt sterk op dat van de greyhound, een ander snelheidsdier. In feite lijken veel van zijn kenmerken meer op die van een hond dan van een kat. In tegenstelling tot andere katten, kunnen de klauwen van het jachtluipaard slechts gedeeltelijk worden ingetrokken, en worden zij voortdurend afgestompt wanneer het dier over de grond rent. Stompe klauwen helpen het jachtluipaard om van richting te veranderen bij het rennen op hoge snelheid. Zelfs de voetzolen lijken meer op die van een hond – klein en taai, met randen die helpen om de grond vast te grijpen.
De hoektanden van het jachtluipaard zijn ook hondachtig. Andere grote katten hebben lange hoektanden waarmee ze gemakkelijk grote prooien kunnen vangen – en ze hebben meer spierkracht om ze te grijpen en vast te houden. Maar hoewel hij deze nadelen heeft, heeft het jachtluipaard één groot voordeel boven alle andere katten – dat is zijn vermogen om te rennen met een verbazingwekkende snelheid.
Hoewel het jachtluipaard snelheden kan bereiken van rond de 70 mph, kan hij slechts ongeveer 300m sprinten voor hij geen energie meer heeft. Een jachtluipaard probeert tot op 50 meter van z’n prooi te kruipen voor hij in actie komt. Hij zuigt zoveel mogelijk lucht op, kromt zijn rug en trekt zijn poten samen. De soepele, veerkrachtige ruggengraat ontrolt zich en het jachtluipaard gooit zijn poten volledig uit. Als de voorpoten de grond raken, krult de ruggengraat zich weer op, klaar om de poten voorwaarts te stuwen.
Een lopende cheeta lijkt bijna te vliegen, want gedurende ongeveer de helft van de tijd heeft hij alle vier de poten tegelijk van de grond. De lange staart stroomt naar achteren en fungeert als een roer om het jachtluipaard te helpen draaien. Een jachtluipaard dat op topsnelheid sprint kan niet zo scherp draaien als een behendige antilope en als de prooi erin slaagt 3 of 4 keer te draaien, raakt het jachtluipaard snel oververhit en buiten adem. De eigenlijke achtervolging aan het einde van de jacht duurt soms maar 20 seconden. Het jachtluipaard is een sprinter, geen lange-afstandsloper!
Lees Meer: Fokken