Een context switch is een procedure die de CPU (centrale verwerkingseenheid) van een computer volgt om van de ene taak (of proces) naar de andere over te schakelen en er daarbij voor te zorgen dat de taken niet conflicteren. Effectieve context switching is van cruciaal belang als een computer gebruiksvriendelijke multitasking moet bieden.
In een CPU verwijst de term “context” naar de gegevens in de registers en de programmateller op een specifiek moment in de tijd. Een register bevat de huidige CPU-instructie. Een programmateller, ook wel instructie-adresregister genoemd, is een kleine hoeveelheid snel geheugen die het adres bevat van de instructie die onmiddellijk na de huidige moet worden uitgevoerd.
Een contextwisseling kan geheel in hardware (fysieke media) worden uitgevoerd. Oudere CPU’s, zoals die van de x86-serie, doen het op die manier. De meeste moderne CPU’s voeren context-switches echter uit door middel van software (programmeren). Een moderne CPU kan honderden contextwisselingen per seconde uitvoeren. Daardoor krijgt de gebruiker de indruk dat de computer meerdere taken parallel uitvoert, terwijl de CPU in werkelijkheid met hoge snelheid wisselt of roteert tussen of tussen de taken.