Dartmoor, wild hoogland in het westen van het graafschap Devon, in het zuidwesten van Engeland. Het strekt zich uit over ongeveer 37 km (noord-zuid) en 32 km (oost-west). Het heidegebied is somber en desolaat, en heide is de voornaamste vegetatie. Afzonderlijke verweerde rotsen (tors) rijzen op uit het granietplateau; de hoogste zijn Yes Tor (2.030 voet) en High Willhays (2.038 voet).
Dartmoor was in de Saksische tijd een koninklijk woud; sinds 1337 behoort het centrale gebied tot het koninklijke hertogdom Cornwall. In 1951 werden Dartmoor en de beboste omtrek ervan uitgeroepen tot nationaal park, met een oppervlakte van 365 vierkante mijl (945 vierkante km). Acht rivieren, waaronder de Dart, de Teign en de Avon, ontspringen in de natte hooglanden, en veel van hun water wordt opgestuwd om de steden van Devon te bevoorraden. In het gebied grazen wilde pony’s, schapen en runderen; steengroeven (graniet en porseleinaarde) en het toerisme zijn andere belangrijke activiteiten. Er zijn weinig nederzettingen; de grootste is Princetown, gesticht in 1806 om de aangrenzende Dartmoor Prison te dienen, die werd gebouwd om Franse gevangenen uit de Napoleontische oorlogen op te sluiten. Sinds 1850 is het Engeland’s belangrijkste detentiecentrum voor zware overtreders.