Vroege bandsEdit
In het begin van 1965 zat hij bij de Northampton band Dorian Gray. Later dat jaar werd Holland overgehaald om te vertrekken en zich aan te sluiten bij The Liberators die binnen een paar weken opname- en managementcontracten klaar hadden liggen om zich te ontwikkelen tot Pinkerton’s Assorted Colours, een popband die de autoharp goed gebruikte, in navolging van The Loving Spoonful. In 1966 bereikte een single, “Mirror Mirror” (uitgebracht op 15 januari 1966 op Decca, geproduceerd door de toekomstige The Moody Blues producer Tony Clarke), een hoogtepunt op nr. 8 in de UK Singles Chart.
Finders KeepersEdit
Holland bleef bij de band tot augustus 1968, toen hij toetrad tot Finders Keepers, een pop cover outfit. Holland ging echter door met studiosessiewerk. Hij speelde niet mee op de No. 5 hitsingle “Smile a Little Smile for Me” uit 1969, uitgebracht door de band die voorheen Pinkerton’s Assorted Colours was onder de naam The Flying Machine.
Finders Keepers, die al snel werden vergezeld door Mel Galley (gitaar) en Glenn Hughes (bas), namen verschillende singles op, waarvan sommige nummers nu verkrijgbaar zijn op verschillende compilaties. Kort daarna bundelde het drietal hun krachten met zanger en blazer John Jones en multi-instrumentalist Terry Rowley van The Montanas faam om een kwintet te vormen genaamd Trapeze (de bandnaam was Terry Rowley’s idee).
TrapezeEdit
Trapeze verscheen in de Britse TV-show Colour Me Pop en werd al snel overspoeld met aanbiedingen van platencontracten, waaronder een van The Beatles’ Apple. Trapeze nam echter genoegen met het nieuw gevormde Threshold label, eigendom van de leden van The Moody Blues. De band zou al snel openen voor The Moodies en andere bekende acts. Op Threshold bracht de band drie platen uit, het debuut als kwintet en de rest als powertrio.
Trapeze raakte in die tijd in een stroomversnelling, vooral in het zuiden van de Verenigde Staten, maar verloor een belangrijke bijdrager toen Glenn Hughes besloot de band te verlaten en zich bij Deep Purple aan te sluiten voor de opnamen van hun Burn album.
Mel Galley en Dave Holland voegden een bassist en een tweede gitarist toe. Dave Holland en Mel Galley toerden ook als onderdeel van John Lodge (muzikant) – Justin Hayward (van The Moody Blues faam) band The Blue Jays (Blue Jays (album)).
In 1978 nam Trapeze hun laatste studio LP op, Running/Hold On.
Vroeger hielpen zowel Galley als Holland bij de opname van Glenn Hughes’ eerste solo album, Play Me Out, met een unieke mix van psychedelische jazz funk. Holland werd bijgestaan door Mark Nauseef op percussie.
In 1979 en 1980 nam Holland enkele drumpartijen op voor Justin Hayward’s soloalbums, Songwriter en Night Flight.
Judas PriestEdit
Holland verliet Trapeze en ging in augustus 1979 bij Judas Priest spelen. Hij speelde drums op veel van Judas Priest’s platina albums, zoals British Steel, Screaming for Vengeance, Defenders of the Faith, Turbo en Ram It Down.
Tijdens de jaren tachtig werkte Holland ook samen met gitarist Robin George, als onderdeel van diens band Life en op George’s soloproject, Dangerous Music.
In 1989 dwongen persoonlijke problemen (gezondheids- en familieproblemen) en muzikale meningsverschillen Holland Judas Priest te verlaten. Hij werd vervangen door de originele Saints Or Sinners drummer Scott Travis, die eerder ook in de band Racer X had gespeeld.
Latere carrièreEdit
Tijdens de jaren ’90 tourde Holland met het kortstondig gereformeerde Trapeze en viel hij in voor diverse bands als The Screaming Jets tijdens hun Europese tournees, gaf drumclinics en privé-lessen, managede en produceerde hij bands zoals de UK band The Love Garden en het Zweedse “teen funk trio” Shutlanger Sam (met Kim Fransson als frontman, die later een solocarrière had waarin hij samenwerkte met o.a. hit songwriters Andreas Carlsson en Desmond Child) die Holland persoonlijk introduceerde tijdens een show met zijn vroegere Trapeze bandmaat Glenn Hughes in Vänersborg 1996, en speelde hij mee op verschillende opnames van zijn vroegere maten. In 1996 nam hij deel aan sessies met Glenn Hughes, Tony Iommi van Black Sabbath faam, en toetsenist Don Airey. In 1998 werd een samenwerking met Al Atkins, de originele zanger van Judas Priest, uitgebracht, met een paar covers van vroege Priest nummers waar Holland oorspronkelijk niet op meespeelde. Judas Priest met Atkins aan het roer had Trapeze in 1971 ondersteund.