Achtergrond: Alcohol veroorzaakt bifasische effecten van zowel stimulatie als sedatie. Gevoeligheid voor deze effecten kan het risico op de ontwikkeling van alcoholisme verhogen. Door alcohol veroorzaakte veranderingen in stimulatie en sedatie worden gewoonlijk beoordeeld met zelfrapportagevragenlijsten in onderzoek bij mensen en met controle van de lichaamsbeweging in onderzoek bij dieren. Er is echter weinig bekend over de effecten van alcohol op lichamelijke activiteit of over het verband tussen lichamelijke activiteit en subjectieve zelfrapportagemaatregelen van stimulatie en sedatie na alcoholgebruik bij mensen.
Methoden: Dertig gezonde mannen en vrouwen (n = 15 elk) van 21 tot 38 jaar oud voerden dagelijks metingen uit van fysieke activiteit en zelfrapportages van stimulatie en sedatie na alcohol- of placeboconsumptie. Op elk van de vier experimentele dagen consumeerden alle deelnemers een placebo, 0,4, 0,6, of 0,8 g/kg dosis van 95% alcohol in een tegengestelde volgorde. Ademalcoholconcentraties, fysieke activiteitsniveaus, en zelfgerapporteerde stimulatie en sedatie werden gemeten op de basislijn en op de stijgende en dalende ledematen van de ademalcoholconcentratie (BrAC) curve.
Resultaten: Alle alcoholdoses verhoogden de fysieke activiteit, maar deze verhogingen waren tijd- en dosisafhankelijk. Toenames in lichamelijke activiteit duurden zowel in oplopende als in aflopende ledematen van de BrAC-curve. Na de dosis van 0,6 g/kg namen zowel de lichamelijke activiteit als de zelfgerapporteerde stimulatie toe tijdens de oplopende BrAC. Afzonderlijke analyses van zelfgerapporteerde sedatiescores gaven aan dat alcoholconsumptie ook de sedatie verhoogde voor de 0,6 en 0,8 g/kg doses. Lichamelijke activiteit was niet significant gecorreleerd met zelfgerapporteerde stimulatie of sedatie op enig tijdstip.
Conclusies: Deze bevindingen suggereren dat beoordelingen van subjectief gemeten stimulatie en sedatie en objectief gemeten fysieke activiteit elk unieke aspecten van de effecten van alcohol beoordelen. Gelijktijdig gebruikt, kunnen deze metingen nuttig zijn voor het onderzoeken van onderliggende mechanismen van de effecten van alcohol op gedrag.