Om de mate waarin de capillaire bloedvaten in vivo door de elasticiteit van het omringende weefsel worden ondersteund te bepalen, werd een studie gemaakt van de elastische eigenschappen van het mesenterium van het konijn. Er werd een torsieproef uitgevoerd op een cirkelvormig membraan van het avasculaire gebied van het mesenterium, door een statische torsie met gradaties toe te passen en de resulterende vervorming te meten. Het mesenterium bleek een stijfheidsmodulus te hebben in dezelfde categorie als die van grotere slagaders en aders. Het heeft een niet-lineaire spanning-rekrelatie met een neiging tot verharding bij grotere rek. Bij torsie-experimenten kan de afschuivingsmodulus G tot de volgende vorm worden herleid
G = µ+c2|τ|
Waarbij c2 een constante is en |τ| de absolute waarde van de afschuifspanning. De constante µ hangt af van de initiële spanning in het membraan. Voor de mesenterium preparaten varieert µ van 215 tot 1900 gm/cm2, terwijl de niet-dimensionale constante c2 een gemiddelde waarde heeft van 8,23 met een standaardafwijking van 2,1.
De hypothese wordt naar voren gebracht dat het medium waarin de capillairen van het mesenterium zijn ingebed een gel is en dat het capillair in feite een tunnel in deze gel is. Een dergelijke hypothese zou de schijnbare stijfheid van de bloedhaarvaten kunnen verklaren.