Het Coolidge-effect is de hernieuwing van seksueel gedrag na de presentatie van een nieuwe seksuele partner en treedt mogelijk op als het resultaat van gewennings- en ongewenningsprocessen. Deze re-motivatie om te copuleren is goed bestudeerd bij mannen en wordt gewoonlijk in verband gebracht met seksuele verzadiging, waarbij verschillende neurobiologische veranderingen in steroïde receptoren en hun mRNA expressie in het CZS betrokken zijn. Aan de andere kant zijn er weinig rapporten die seksuele nieuwigheid bij wijfjes bestuderen en deze zijn beperkt tot gedragsaspecten. Hier rapporteren we dat het niveau van proceptief gedrag bij ratten, een teken van seksuele motivatie, afneemt na 4 uur continue paring, vooral bij wijfjes die niet in staat waren het tijdstip van de paring te reguleren. Deze vermindering ging niet gepaard met veranderingen in lordose, wat suggereert dat ze niet te wijten zijn aan het verdwijnen van het endocrien optimale milieu, noodzakelijk voor de expressie van beide componenten van seksueel gedrag bij de vrouwelijke rat. Deze en eerdere gegevens ondersteunen belangrijke verschillen tussen seksueel gedrag in beide geslachten die zouden resulteren in natuurlijke verschillen in de expressie van het Coolidge effect. We bespreken hier ook enkele rapporten bij mensen die eigenaardigheden aantonen tussen het patroon van gewenning en ongewenning bij vrouwen en mannen. Dit is een groeiend onderzoeksgebied waarop de nadruk moet worden gelegd bij vrouwelijke proefpersonen.