Zuid-AfrikaAssegai uit Zuid-Afrika. Verzamelaar niet bekend. Door het museum aangekocht van het Ipswich Museum in 1966.
De Zoeloes produceerden ten minste 20 verschillende soorten speren. Misschien wel de bekendste daarvan is de assegai, die ook door verschillende andere Nguni-groepen in Zuidelijk Afrika werd gebruikt. Het was een werpspeer, zoals te zien is aan het smalle, bladvormige lemmet en de lange, slank toelopende schacht. De conventionele assegai, zoals deze, is licht en ongeveer 1,8 m lang (zo lang als een man). In de hand van een ervaren werper had hij een bereik van 60-70 m. Meerdere assegai werden in de linkerhand gedragen, achter het schild, en één voor één gegooid, alvorens aan te vallen.
Toen de Zoeloe-natie zich uitbreidde, beval de strijder-leider Shaka (ca. 1787-1828) alle assegai terug te brengen naar de smeden om te worden omgesmolten en omgesmeed tot een nieuw type steekspeer, iklwa, die een kortere schacht had en een breder, meer driehoekig lemmet. Onder Shaka’s opvolger, Dingaan, werd de werpspeer in ere hersteld en uiteindelijk werden de twee soorten speer samen in de strijd gebruikt met een goed resultaat.
De samenstelling van deze wapens, samen met de vaardigheid van de krijger om ze te gebruiken, hielp de Zoeloe een machtige militaire macht te worden; Zoeloe ijzer bevatte gewoonlijk aanzienlijke hoeveelheden houtskool van het smeltproces, zodat de afgewerkte klingen staalachtige kwaliteiten bezaten in termen van duurzaamheid, weerstand tegen roest, en het vermogen om een harde rand of punt te behouden.